Hoezo 'aspirational?' De rijken kleden zich met óns erfgoed

Gepubliceerd op 3 december 2023 om 19:06

Na de laatste serie van Succession, over de megarijke familie van media-ondernemers, was er ineens een obsessie met de kledingstijl van een van de personages, het had de naam Coastal Grandma. Het voornaamste kenmerk van de stijl is dat het een actief buitenleven uitstraalt, het liefst in associatie met zeilboten en jachten. Het is zo’n beetje wat wij kennen als college- preppy- of kakkers-stijl. De stijl van de elite dus en daar is iets opvallends aan. 

Die kabeltruien, loafers en Bretonse strepen hebben namelijk een heel andere achtergrond. Ze werden gedragen door mensen op een heel andere plek van de maatschappelijke ladder, zoals vissers, matrozen en havenwerkers. Die kleding is dus eigenlijk niet oorspronkelijk een onderdeel van de aspirational lifestyle van de rijken, maar heeft een persoonlijke connectie met de meesten van ons. Ik heb een klein onderzoekje gedaan naar vier bekende klassiekers waarin ik mijn persoonlijke band met de kabeltrui ook tegenkwam.

 

De Schotse ruit: Iedere Schotse clan had zijn eigen ruit of tartan, totdat het door de Engelse bezetter verboden werd deze te dragen in de zgn. Dress Act (1746-1787). Toen dat verbod weer werd ingetrokken was er al veel verloren gegaan van het oorspronkelijke gebruik en werd het zelfs een statussymbool bij diezelfde Engelsen en hun Amerikaanse nakomelingen de WASPS (White Anglo-Saxon Protestant, de thuishaven van de preppystijl). Nog altijd staat het symbool voor de gegoede klasse, het dure merk Burberry heeft zijn eigen gepatenteerde ruit,  King Charles draagt de kilt bij officiële gelegenheden en wie kan het behang in het appartement van Bunny (en Trey)  MacDougal in Sex and the City vergeten? Het was Vivienne Westwood die de tartan het alledaagse gebruik én de rebelsheid teruggaf in haar punkontwerpen. Een stijl die later weer door de commercie ingekapseld werd (zie bovenstaande foto), ontdaan van alle politieke lading.

 

De Bretonse streep: in de mode groot gemaakt door Coco Chanel en later ook omarmd door  Jean Paul Gaultier. Het is van oorsprong een kledingstuk voor de Franse marine en dan met name voor de laagste rang, die van de matroos. De strepen zouden het gemakkelijker maken hen te identificeren als ze overboord zouden slaan.

 

De loafer: deze instapper is gebaseerd op de moccasin, de leren schoen die gedragen werd door de inheemse bevolking van Noord-Amerika. Een Noor die een tijdje in Amerika gewoond had ontwierp terug in Noorwegen een eigen versie: de Aurland moccasin die populair werd onder Noorse boeren. De schoen kreeg bekendheid in Amerika toen het magazine Esquire er een reportage over maakte en er werd een Amerikaanse versie gemaakt die de soortnaam loafer kreeg, van het werkwoord loafing, dat rondslenteren betekent. Ook kwam er een variant met een bandje met een uitgesneden ruit over de wreef, de Weejuns (een verbastering van Norwegian). Het was deze schoen die populair werd onder de Ivy League-studenten. Zij stopten een penny in het uitgesneden ruitje en de penny-loafer was geboren. Zo werd de schoen van de oorspronkelijke bewoners van Amerika een onmisbaar item in de college-look van de elite van de ‘Nieuwe Wereld’.  

 

De kabeltrui: dit is het kledingstuk met een persoonlijk randje voor mij door mijn eigen coastal grandma oftewel mijn Urker opoe. De kabeltrui is van oorsprong werkgoed dat vissers droegen en mijn Urker en Harlinger voorouders waren vissers en havenwerkers. Het waren de vrouwen die de truien breiden, elke vissersplaats had een eigen kenmerkend patroon dat ingebreid werd.  De motieven waren gebaseerd op de zee en het vissen, zoals golven, visgraten, visnetten en dus de kabels. Toen het in de jaren 20 van de vorige eeuw onder de rijken populair werd om er sportief en outdoorsy uit te zien vond de kabeltrui zijn weg van de kotter naar de Yacht Club.

 

Mode en toe-eigening

Ik vind het mooi dat mijn voorouders en die van velen van ons voortleven in deze iconische kledingstukken. Die herkomst mag best wel wat meer bekendheid krijgen. Want wat deze voorbeelden laten zien dat mode vaak een proces van toe-eigening is: stijlen en kledingstukken bewegen omhoog (en soms omlaag) op de sociale ladder, verschuiven van noodzaak naar statussymbool en weer terug. Onderweg raken de oorspronkelijke betekenis en de mensen die deze kleding maakten of droegen vaak op de achtergrond. De kabeltrui van de visser wordt een statement in de yachtclub, de strepen van de matroos veranderen in Parijse chic etc. 

Dat roept de vraag op: wat verliezen we wanneer we kledingstukken van hun context ontdoen? Vaak dragen deze kledingstukken een geschiedenis van arbeid en identiteit met zich mee. Een kabeltrui is niet zomaar een knusse winterklassieker; ooit vertelde hij het verhaal van een gemeenschap die onlosmakelijk verbonden was met de zee.

Vandaag de dag is er meer bewustzijn over culturele toe-eigening in de mode, en daarmee ook een groeiende roep om de oorsprong van iconische stijlen te erkennen. Het erkennen van die herkomst maakt de kledingstukken niet minder stijlvol, het maakt ze juist rijker, gelaagd met betekenis, en verbonden met echte mensen en geschiedenissen.

Misschien is de meest aspirational lifestyle die van onszelf, waarin we ons erfgoed kennen en er in nieuwe stijlen met respect naar verwijzen en zo de lijn van onze voorouders voortzetten. 

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.